Op jonge leeftijd wist ik één ding al zeker; ik wilde ooit mijn eigen boek schrijven. De talloze stripverhaaltjes, stelopdrachten, (korte) verhalen en musicals waren slechts een voorbode van deze langgekoesterde droom. Ik was zestien jaar toen ik door een journalist van de FlevoPost werd geïnterviewd in het kader van mijn 20-delige vervolgverhaal ‘Achter de Regenboog’ dat wekelijks op de jongerenpagina JoJo zou gaan verschijnen. Nog geen week later, in het voorjaar van 1999, wist bijna iedereen in Lelystad waar ik van droomde. Ik gold nu nog als een ‘schrijfster zonder boek’ maar daar zou snel verandering in gaan komen…
De jaren verstreken, maar dat boek kwam er niet. Vlak voor mijn negentiende verjaardag werd ik bovendien opgenomen in een kliniek voor mensen met een persoonlijkheidsstoornis, waardoor het schrijven helemaal op een heel laag pitje kwam te staan. Ik was verwikkeld in een strijd op leven en dood en had al mijn energie nodig om overeind te blijven.
Na dertien maanden was ik sterk genoeg om met ontslag te gaan en verliet ik de kliniek. Eenmaal thuis pakte ik mijn vrijwilligerswerk bij de JoJo weer op en schreef zo nu en dan in mijn eentje de hele jongerenpagina vol. Naast verhalen schreef ik inmiddels ook columns, reportages en recensies. Ik leerde veel uit de praktijk en kreeg nuttige feedback van de redactie op veel van mijn stukken.
Ondertussen bleef die langgekoesterde droom maar uit. Ik begon vol enthousiasme aan diverse manuscripten, maar na een pagina of tien liep ik steeds vast en raakte daardoor gefrustreerd. Elke keer werd ik ingehaald door mijn perfectionisme en zette ik zo hoog in dat het boek gedoemd was te mislukken. De plot, de dialogen, de opbouw, de beschrijving van de personages… Op een gegeven moment lukte niks meer. Ik zette mezelf compleet vast en mijn inspiratie verdween. Ik creëerde keer op keer mijn self-fulfilling prophecy.
Op andere schrijfgebieden boekte ik wel vooruitgang, zoveel zelfs dat ik voor het landelijke tijdschrift Mijn Geheim aan de slag mocht. Ik tekende levensverhalen van anderen op, terwijl die van mezelf maar niet wilde vlotten. En daar moest nu, na elf jaar aanklooien, toch echt een eind aan komen.
Die helpende hand kwam, een klein half jaar terug, helemaal onverwachts uit mijn kennissenkring. Op een druilerige woensdagmiddag raakte ik toevallig in gesprek met de beste vriendin van mijn zusje die op dat moment nog bezig was met het opzetten van haar eigen coachingspraktijk Vezper. Bianca wilde me graag helpen om de opgezette barricades te doorbreken en terug te gaan naar de basis. Pas daarna zou de weg vrij zijn voor een nieuw manuscript. Ook dat traject konden we samen doorlopen.
Ik ben er nog lang niet, maar afgelopen weekend heb ik mijn eerste wankele stapjes gezet ten aanzien van een nieuw manuscript. Reden voor een klein feestje, dus! De komende tijd hoop ik die stapjes om te zetten in stevige passen. Met behulp van mijn coach, moodboard en hernieuwde inspiratie moet het nu toch lukken en hoop ik ooit de ‘schrijfster met boek’ te worden.
Geef een reactie